Na de dood van zijn vrouw in oktober 1942 bleven Willem Wildschut (1884) en zijn dochter Adrie in dit huis wonen.
Willem was procuratiehouder van de steenfabriek De Scherpenhof in Terwolde. Bij hen verbleef begin 1943 enige tijd de Joodse familie De Leeuw uit Deventer (ouders en twee kinderen).
Waarschijnlijk nadat zij korte tijd bij de buren (Achter de Hoven 61) hadden gezeten. Aldus getuigt een voormalige buurjongen (1931). Al gauw zijn zij opnieuw verkast, naar Leliestraat 82.
Deze familie is door de onderduik gered.
In dezelfde Scherpenhof heeft een neef, Piet Wildschut (1928), jarenlang Joodse mensen verborgen in een rookkanaal van de wegens gebrek aan brandstof stilgelegde steenfabriek.
Ook zij overleefden de oorlog. Hun relaas is te lezen in Van zonsondergang tot dageraad, door Nathan Mageen.