Hendrik (Henk) Richie (1912) was adjunct-inspecteur van politie.
Hij verhuisde in de bezettingsjaren vanuit de Kerkstraat naar dit adres. Zijn houding ten opzichte van de bezetter riep aanvankelijk vragen op. Hij had contacten met Duitse politieautoriteiten, was docent aan het door de bezetter gestichte Politie Opleidingsbataljon in Schalkhaar, heeft twee geallieerde piloten gearresteerd en voor zijn chef, commissaris Van Tricht, meubels geregeld uit een Joodse inboedel.
Daar staat tegenover dat hij samenwerkte met Julius Simon (1906-1989), die de leiding had van de Joodse ziekenhuisjes aan de Brink en (later) aan de Sandrasteeg. Bovendien zat Richie in het verzet, waar hem riskante opdrachten toevertrouwd werden, omdat hij veel lef had. Hij was bevriend met zijn collega G.H. ter Horst (Swaefkensstraat 45). Samen met andere ‘goede’ politiemensen wisten zij in veel gevallen Joodse onderduikers voor nachtelijke ophaalacties te waarschuwen.
Het staat vast dat hij in zijn huis meerdere Joodse mensen, waaronder Lotte Fortuin- Spanier (1910-1984) een schuilplaats heeft gegeven. Zie ook Veenweg 33.