Hier woonde Jan Willem Gerritsen (1906), hoofd van de Afdeling Bevolking van de gemeente Deventer.
Dat feit betekende een verantwoordelijkheid voor Joden en andere vervolgden die verder ging dan die van de gewone Deventenaar. Wat betreft de Joden: wie de archieven uit die tijd raadpleegt ziet dat inwoners geregistreerd staan mét hun godsdienst. Voor de met N.I. (Nederlandsch Israëlietisch) geregistreerden had de bezetter veel belangstelling. Immers tijdens de Wannsee conferentie (Berlijn) was op 20 januari 1942 besloten het ‘Jodenvraagstuk’ door hun vernietiging op te lossen. Dan moesten ze wel eerst opgespoord worden.
Hoe is Jan Willem hiermee omgegaan? Als hij de indruk kreeg dat Duitsers of ‘foute’ Nederlanders speciale aandacht hadden voor bepaalde personen liet hij deze waarschuwen. Waar dat mogelijk was smokkelde hij in het register. Hij verstrekte valse persoonsbewijzen aan onderduikers en verzetsmensen en had contacten met de documentenvervalser B.J. van den Dool (D.G. van der Keesselstraat 12). En of dat nog niet genoeg was namen hij en zijn vrouw Louise Gerritsen-Straalman (1908) ook nog eens een vijf weken oude Joodse baby op, genaamd Simone Wijler die zij in november 1942 ‘vonden’ toen zij de hond uitlieten. En ook een Joodse man niet afkomstig uit Deventer, genaamd Nathan Ensel, die er zat van eind 1943 tot midden 1944. Dat deden zij gratis.
Wat betreft het niet uit de weg gaan voor de verantwoordelijkheid die zijn functie met zich meebracht is hij in Deventer te vergelijken met de politie-inspecteur G.H. ter Horst (Swaefkensstraat 45). Beiden hebben dat met hun leven moeten betalen. Jan Willem werd verraden, waarbij het vervalsen van trouwboekjes voor een Joodse familie een rol gespeeld zou hebben. Hij dook onder in Groningen en werd daar tijdens een vergadering van het verzet gearresteerd en op transport gezet naar Meppen (Duitsland). Via Neuengamme kwam hij in het concentratiekamp Sandbostel terecht , waar hij op 28 april 1945, toen Deventer al bevrijd was, is gestorven.
In 2019 is voor Jan Willem Gerritsen voor zijn woning aan de Jan Steenstraat 16 een struikelsteen gelegd; lees hier zijn persoonsverhaal.
Posthuum kreeg hij een Amerikaanse en een Britse onderscheiding. In 1984 zijn hij en zijn vrouw bovendien door Yad Vashem geëerd met de onderscheiding Rechtvaardige onder de volkeren.